direct naar inhoud van 4.2 Geluid
Plan: Schutterij St. Sebastianus Schinnen
Status: vastgesteld
Plantype: projectbesluit
IMRO-idn: NL.IMRO.0962.PB10Breindrvldw12a-VA01

4.2 Geluid

Geen gevoelige bestemming

Het planvoornemen is geen geluidsgevoelige bestemming in het kader van de Wet geluidhinder. De Wet Geluidhinder legt zelf geen beperkingen op aan het voorliggende bouwplan. Het geluid dat van de schietbaan afkomt is echter wel nadrukkelijk meegenomen in de overwegingen om op deze locatie de schutterijvereniging te vestigen.

Historie

om voor de onderhavige planlocatie te kiezen. Bij besluit van 18 juli 2006 besloot het College een milieuvergunning te verlenen aan schutterij St. Sebastianus voor het oprichten en in werking hebben van een schietinrichting (met kogelvanger) met verblijfsruimte.

Tegen de betreffende milieuvergunning werd beroep ingesteld. De Afdeling Bestuursrechtspraak heeft de zaak op 19 april 2007 ter zitting behandeld, waarna op 13 juni 2007 uitspraak is gedaan. De Raad van State oordeelde dat er bij het meten van de geluidnormen een onjuiste toetsing had plaatsgevonden van de geluidsnormen aan het provinciale beleid, de Handreiking Limburgs Traditioneel Schieten (HLTS).

In de aan de uitspraak ten grondslag liggende overwegingen wordt aangegeven dat de HLTS een ontoereikend beschermingsniveau voor de omgeving biedt voor wat betreft het toetsingskader van de Lr (= het herhaald aantal hoorbare knallen). Tevens oordeelde de Afdeling Bestuursrechtspraak dat de HLTS op een ondeugdelijke motivering berustte. De Raad van State bestreed dus niet zozeer de geluidsoverlast op zich, maar wel de toetsing.

Milieuwetgeving

Maar inmiddels is de landelijke milieuwetgeving veranderd. In de huidige milieuwetgeving, het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (BARIM), kort genoemd Activiteitenbesluit, valt in artikel 2.18, lid 1 onder g te lezen dat de geluidnormen bedoeld in de artikelen ex 2.17, 2.19 en 2.20 dan wel 6.12 Activiteitenbesluit buiten toepassing blijven voor ‘traditioneel schieten’.

Dat betekent dat de milieuwetgeving schutterijen er niet langer toe dwingt om de schietactiviteiten te verplaatsen uit de dorpskernen. Dit dus in tegenstelling tot de eerdere aanvraag uit 2006, waarbij de aanvraag nog wel getoetst moest worden aan de wettelijke geluidnormen.

Gemeenten zijn nu vrij in hun keuze voor vestiging van schutterijverenigingen op gronden van geluid. Slechts in een gemeentelijke verordening kan de gemeente schutterijverenigingen beperkende geluidnormen opleggen. Binnen de gemeente Schinnen is echter geen dergelijke verordening van kracht die beperkende geluidnormen oplegt.

Geluidbeperkende maatregelen

Hoewel er nu geen wettelijk beperkende geluidnormen meer zijn, heeft de schutterijvereniging St. Sebastianus er toch voor gekozen om – nu het toch weer om dezelfde planlocatie ging – maatregelen te treffen om het geluid voor omwonenden zoveel als mogelijk te beperken.

Uitgangspunt daarbij is dat de schutterijvereniging gebruik zal maken van gemodificeerde buksen en zogenaamde wattenbakken (kogelvangers). Deze wattenbakken met een dikte van ca. 30 cm. vangen de kogels op, waardoor het geluid van de kogels praktisch tot nul wordt gereduceerd. De schutterij heeft voor deze bakken gekozen om het geluid van de kogel tegen de polycarbonaat plaat van de kogelvanger te vermijden. Het principe is dat de snelheid van de kogel dusdanig afgeremd wordt door de watten, dat deze in de watten blijft hangen. Er is dus nauwelijks sprake van een ‘tweede inslag’, zoals wel bij veel andere kogelvangers het geval is. Het voornaamste geluid dat bij het schieten ontstaat is de ontploffing van het kruit voor het afvuren van de kogel. Mede vanwege het gebruik van deze innovatieve schietbomen, heeft de gemeente ingestemd met de gekozen planlocatie.

afbeelding "i_NL.IMRO.0962.PB10Breindrvldw12a-VA01_0004.jpg"

De schietbomen waar de schutterij gebruik van zal maken, de zogenaamde ‘wattenbakken’

Nu er geen wettelijk beperkende geluidnormen meer zijn en de schutterij bovendien gebruik zal maken van de zogenaamde wattenbakken, kan de gemeente instemmen met de locatiekeuze aan de Breinderveldweg.

Verkeersaantrekkende werking

Al bij de aanvraag in 2006 is een geluidsonderzoek gedaan. (Cauberg-Huygen, rapportnr. 2006.0087-2, Akoestisch onderzoek Schutterij St. Sebastianus). Hoewel de toetsing van schietgeluiden later onjuist bleek, kunnen de geluidsmetingen van autoverkeer wel in stand blijven. Het geluidsrapport gaat ervan uit dat leden van de schutterij onder meer met personenauto’s arriveren. De dichtstbijgelegen woning betreft de bedrijfswoning Breinderveldweg 14. Ter plaatste van deze woning veroorzaakt het aan- en afrijdend verkeer een lichte geluidbelasting, maar met deze kleine toename van verkeer wordt binnen de wettelijke voorkeursgrenswaarden gebleven. De overige woningen bevinden zich niet aan de directe toegangsweg tot de inrichting. Mede door de aanwezigheid van omliggende bedrijven op het bedrijfsterrein de Breinder en de grote afstand tussen inrichtingsterrein en deze woningen is het verkeer ten behoeve van de schutterij ter plaatse van deze woningen niet akoestisch herkenbaar als komende van of gaande naar de schutterijvereniging.

De akoestische consequenties van de voorgenomen activiteiten vormen dan ook geen belemmering voor de realisatie van het schutterslokaal op de locatie aan de Breinderveldweg.