Plan: | Schutterij St. Sebastianus Schinnen |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | projectbesluit |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0962.PB10Breindrvldw12a-VA01 |
Bestemmingsplan
Het plangebied ligt in het vigerende bestemmingsplan “Bedrijventerrein De Breinder”.
Kaartuitsnede bestemmingsplan Bedrijventerrein De Breinder
Dit bestemmingsplan is vastgesteld door de gemeenteraad van Schinnen op 10 december 1998 en goedgekeurd door Gedeputeerde Staten van Limburg op 29 juni 1999. In het bestemmingsplan geldt voor de ontwikkelingslocatie de bestemming bedrijfsdoeleinden.
De op de bestemmingskaart als bedrijfsdoeleinden aangegeven gronden zijn bestemd voor:
- ter plaatse reeds gevestigde bedrijven;
- bedrijven, opgenomen in categorie 2 van de toegesneden lijst van bedrijfstypen (zie bijlage 1 van de voorschriften van het bestemmingsplan Bedrijventerrein De Breinder), alsmede bedrijven die, naar het oordeel van Gedeputeerde Staten, qua aard en omvang daarmee gelijk te stellen zijn, zulks met uitzondering van inrichtingen als bedoeld in artikel 2.4 van het inrichtingen en vergunningenbesluit milieubeheer;
Voorzieningen ter ontsluiting van de bedrijven;
Parkeervoorzieningen;
Voorzieningen voor de infiltratie van regenwater,
en de daarbij behorende overige voorzieningen.
De realisatie van het clubgebouw voor de schutterij met bijbehorend schietterrein past niet binnen de bestemmingsplanomschrijving van de locaties voor bedrijfsdoeleinden. Derhalve is er een afwijking van het bestemmingsplan geconstateerd. De procedure daarvoor wordt middels dit projectbesluit in gang gezet.
Beleid schutterslokalen
Naast het bestemmingsplan heeft de gemeente Schinnen ook gemeentelijk beleid omtrent de vestiging van schutterijen, ‘Beleid schutterslokalen in het buitengebied’. Daarin worden vooruitlopend op de herziening van het bestemmingsplan ‘Buitengebied’ en het bestemmingsplan ‘Bedrijventerrein De Breinder’ aanvragen voor schutterslokalen getoetst op de volgende ruimtelijke aspecten:
Haalbaarheid via de lagenbenadering (hierop wordt nader ingegaan in de paragraaf ‘ruimtelijke effecten’).
Op landschappelijke inpassing van de bebouwing door het gebruik van natuurlijke materialen en/of aanplant van groen.
Aan de volgende bouwvoorschriften:
- Het gebouw mag maximaal 60m2 groot zijn (maatwerk).
- De goothoogte mag tenminste 2,60m en ten hoogste 3,50 bedragen.
- Het gebouw dient te worden voorzien van een schuin oplopend dak.
- De hoogte van andere bouwwerken (niet zijnde gebouwen) mag ten hoogste 5,20m bedragen, met uitzondering van schietbomen en kogelvangers.
- De hoogte van schietbomen en kogelvangers mag ten hoogste 15 m bedragen.
d. Aard en omvang van de schutterijactiviteiten kunnen nimmer argument zijn voor een afwijking van het bouwvlak (60m2).
De vestiging van de schutterij op De Breinder is getoetst aan het Raadsbesluit d.d. 12 maart 2009 inzake ‘Beleid schutterslokalen in het buitengebied’ en in overeenstemming hiermee gebleken. Bij de herziening van de bestemmingsplannen ‘Buitengebied’ en ‘Bedrijventerrein De Breinder’ zullen deze voorschriften worden meegenomen. Vooruitlopend daarop zullen deze voorschriften ook worden opgenomen in onderhavig projectbesluit.