direct naar inhoud van Artikel 30 Cultuurhistorische waarden.
Plan: Buitengebied Onderbanken
Status: vastgesteld
Plantype: ex art. 10 WRO beheer/ontwikkeling
IMRO-idn: NL.IMRO.08810000BPLBUI01000-

Artikel 30 Cultuurhistorische waarden.

Lid A. Doel:

het doel van het differentiatievlak “cultuurhistorische waarden” is instandhouding en versterking van de cultuurhistorisch waardevolle elementen (monumenten) en patronen (verkavelingen, wegenpatronen, beplantingspatronen, stedenbouwkundig beeld).

Lid B. Beschrijving in hoofdlijnen:

ter verwezenlijking van het onder lid A. beschreven doel wordt, onverminderd het bepaalde in artikel 8, het volgende beleid gevoerd:

  • 1. gestreefd wordt naar behoud, herstel en versterking van de cultuurhistorische waarden door het tegengaan van:
  • verdere versnippering van historische patronen;
  • handhaving van incidentele objecten zonder enig verband met de oorspronkelijke situatie;
  • toevoeging van nieuwe elementen, anders dan bedoeld als reconstructie van de oorspronkelijke situatie.
  • 2. binnen het differentiatievlak "cultuurhistorische waarden" heeft, ten aanzien van de onderliggende bestemmingen, het te voeren beleid mede betrekking op:

voor agrarisch bouwblok en woondoeleinden:

  • behoud, herstel, aanpassing, verbouwing en reconstructie van de ter plaatse aanwezige bebouwing;

voor agrarisch gebied met landschappelijke en/of natuurlijke waarden, natuurgebied, natuurgebied tevens hondensportterrein, recreatieve doeleinden met verblijfsrecreatieve voorzieningen, woondoeleinden, bijzondere doeleinden en bedrijfsdoeleinden:

  • behoud en herstel van het oorspronkelijke kleinschalige verkavelingpatroon;
  • behoud van waardevolle (qua omvang/silhouet en ouderdom) bomen.
  • 3. op de binnen de bestemming gelegen beschermde rijksmonumenten, aangewezen ingevolge artikel 3 van de Monumentenwet, is tevens het dienaangaande bepaalde uit de Monumentenwet van toepassing.

Lid C. Gebruik van de grond voor bebouwing:

  • a. op de tot "cultuurhistorische waarden" aangewezen gronden, met daarop "beschermde monumenten", zoals aangeduid op de desbetreffende kaartuitsnede en vastgelegd in de lijst bij bijlage 1. van de voorschriften, mag uitsluitend worden gebouwd indien en voor zover zulks nodig is voor inrichting en/of behoud en/of herstel van bestaande bebouwing, met dien verstande, dat:
  • 1. de gevels in de aangegeven bouwgrenzen zullen worden gebouwd;
  • 2. geen wezenlijke veranderingen worden aangebracht in de aangegeven kapvorm, hoogtematen, gevel- en raamindeling, zulks met inbegrip van waardevolle details als erkers, dakkapellen, kroonlijsten, pilasters, plinten, stoeptreden, kozijnen, dorpels en soortgelijke bouwdelen, zoals vastgelegd in de aanwijzing tot beschermd monument ex artikel 6 van de Monumentenwet.
  • b. op de tot "cultuurhistorische waarden" aangewezen gronden, met daarop "karakteristieke bebouwing", zoals aangeduid op de desbetreffende kaartuitsnede en vastgelegd in de lijst bij bijlage 1. van de voorschriften, mag uitsluitend worden gebouwd indien rekening wordt gehouden met de aanwezige cultuurhistorische waarden, met dien verstande, dat:
  • 1. de gevels in de aangegeven bouwgrenzen zullen worden gebouwd.

Lid D. Werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden waarvoor een aanlegvergunning is vereist:

het is verboden, op of in het differentiatievlak "cultuurhistorische waarden", zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van Burgemeester en Wethouders (aanlegvergunning) de in artikel 7 beschreven werken, geen bouwwerken zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren.