direct naar inhoud van Artikel 23 Ontheffingsregels.
Plan: BP Wijnandsrade
Status: vastgesteld
Plantype: ex art. 10 WRO beheer/ontwikkeling
IMRO-idn: NL.IMRO.09510100BPWijnandsrade-

Artikel 23 Ontheffingsregels.

23.1 Algemene ontheffing.

Burgemeester en Wethouders kunnen ontheffing verlenen van de regels van het plan ten aanzien van:

  • a. de bebouwing van niet voor "wonen" bestemde gronden met gebouwen en andere bouwwerken, ten dienste van het openbare nut met een hoogte van niet meer dan 3.50 m en een inhoud van niet meer dan 50 m3.
  • b. het plaatsen van masten ten behoeve van telecommunicatie en alarmering met dien verstande dat:
  • 1. deze passen binnen het stedenbouwkundige en landschappelijk beeld ter plaatse;
  • 2. andere waarden en belangen niet onevenredig worden of kunnen worden geschaad.

mits de totale hoogte van de antenne-installatie inclusief bebouwing niet meer dan 40 m bedraagt.

  • c. belangen van derden niet onevenredig worden of kunnen worden geschaad.

23.2 Ontheffing voor een kleinschalig dienstverlenend of ambachtelijk bedrijf.

Burgemeester en wethouders kunnen binnen de bestemmingen wonen en woon- en overige doeleinden in het kasteel ontheffing verlenen voor het uitoefenen van een kleinschalig dienstverlenend of ambachtelijk bedrijf, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:

  • a. ten minste 50% van het verblijfsgebied met woonfunctie van de woning gehandhaafd blijft alsmede bij woningen met een verblijfsgebied van minder dan 240 m² een verblijfsgebied met woonfunctie van 120 m² behouden blijft;
  • b. degene die de activiteiten uitvoert, dient tevens de bewoner van de woning te zijn;
  • c. de activiteiten dienen zich qua aard, omvang en uitstraling te passen in een woonomgeving;
  • d. de activiteiten mogen niet vergunningsplichtig zijn ingevolge de Wet milieubeheer;
  • e. de bedrijfsactiviteiten mogen uitsluitend betreffen: categorie 1-bedrijven volgens de toegesneden Staat van bedrijfsactiviteiten, die als bijlage is opgenomen bij deze voorschriften;
  • f. er mag geen detailhandel ter plaatse plaatsvinden, uitgezonderd een beperkte verkoop als ondergeschikte activiteit en wel in verband met de hoofdactiviteiten;
  • g. in de parkeerbehoefte in voldoende mate wordt voorzien op eigen terrein, overeenkomstig de richtcijfers uit de ASVV, CROW;
  • h. belangen van derden niet onevenredig worden of kunnen worden geschaad.
23.3 Ontheffing voor het overschrijden van het toegestane oppervlakte in het bijgebouwenvlak.

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen voor het realiseren van een groter dan het toegelaten oppervlak aan bijgebouwen, onder de volgende voorwaarden:

  • a. het noodzakelijk is voor de realisering van een WVG-voorziening;
  • b. het oppervlakte van bijgebouwen met maximaal 10% wordt overschreden;
  • c. geen onevenredig nadelige gevolgen voor het eigen woonmilieu of in de directe omgeving ontstaan of kunnen ontstaan.
  • d. belangen van derden niet onevenredig worden of kunnen worden geschaad.
23.4 Ontheffing voor het inpandig realiseren van extra woningen.

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen voor het realiseren van extra woningen (woningsplitsing) in grootschalige gebouwen, onder de volgende voorwaarden:

  • a. het gebouw dient te zijn aangewezen als Rijksmonument of beeldbepalend pand;
  • b. het oorspronkelijke gebouw dient een inhoud te hebben van ten minste 750 m³;
  • c. de cultuurhistorische en/of architectonische waarden van het gebouw dienen behouden te blijven;
  • d. de totstandkoming van een goed woonklimaat in de te realiseren woningen dient te worden gegarandeerd;
  • e. de geluidbelasting dient, blijkens een geluidsniveaukaart dan wel akoestisch onderzoek niet hoger te zijn dan de daarvoor geldende voorkeursgrenswaarden, of verkregen hogere grenswaarden in het kader van de Wet geluidhinder, waarbij in het laatste geval de verblijfsruimten van de woning in overwegende mate aan de geluidsluwe zijde dienen te worden gesitueerd;
  • f. indien vereist de ontheffingsprocedure hogere grenswaarden is uitgevoerd voordat het college van Burgemeester en wethouders de beslissing omtrent toepassing van de ontheffingsbevoegdheid ter inzage legt;
  • g. de bodem dient, blijkens vooraf ingesteld bodemonderzoek, niet zodanig verontreinigd te zijn dat wettelijke bezwaren bestaan tegen de realisatie van woningen;
  • h. in de parkeerbehoefte in voldoende mate wordt voorzien op eigen terrein, overeenkomstig de richtcijfers uit ASVV, CROW;
  • i. geen onevenredig nadelige gevolgen voor het woon- of bedrijfsmilieu in de directe omgeving ontstaan of kunnen ontstaan.
  • j. belangen van derden niet onevenredig worden of kunnen worden geschaad.
23.5 Ontheffing voor kunstwerken, kunstobjecten en speelvoorzieningen.

Burgemeester en Wethouders kunnen ontheffing verlenen van de regels met betrekking tot de bebouwing ten behoeve van de oprichting van kunstobjecten en dergelijke, mits:

  • a. deze qua aard en omvang in de omgeving passen met een maximum oppervlakte van 10 m² per object;
  • b. in het geval van speelvoorzieningen: de bodem blijkens een vooraf ingesteld bodemonderzoek niet zodanig is verontreinigd dat wettelijke bezwaren bestaan tegen oprichting;
  • c. de hoogte van een bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet meer bedraagt dan 3,50 meter.
  • d. belangen van derden niet onevenredig worden of kunnen worden geschaad.
23.6 Ontheffing voor het toelaten van niet-agrarische activiteiten naast agrarische activiteiten.

Burgemeester en Wethouders kunnen ontheffing verlenen:

  • a. ten behoeve van het toelaten van niet-agrarische activiteiten naast de agrarische bedrijfsactiviteiten, in het kader van de dynamische ontwikkeling van het platteland en ter versterking van de recreatieve functie van Wijnandsrade.

Ontheffing voor de uitoefening van activiteiten op het gebied van ambachtelijke nijverheid, kleinschalige rustige vormen van dagrecreatie en horeca (pension, groepsaccommodatie), boerderijverkoop, expositie en tentoonstelling, cultuur en educatie, gezondheidsrecreatie en/of daarmee qua aard en omvang naar het oordeel van Burgemeester en Wethouders gelijk te stellen activiteiten, kan worden verleend, mits:

  • de activiteiten, qua economische bedrijfsomvang, inkomen en ruimtegebruik, ondergeschikt zijn aan de agrarische bedrijfsactiviteiten;
  • de activiteiten binnen de bestaande bouwmassa van het complex kunnen worden uitgevoerd. Alleen wanneer de noodzaak daartoe is aangetoond is uitbreiding of vervangende nieuwbouw van bestaande bedrijfsgebouwen binnen het bouwvlak toegestaan, mits daardoor geen cultuurhistorisch of architectonisch waardevolle bebouwing verloren gaat;
  • de activiteiten geen hinder of belemmeringen veroorzaken voor omliggende bedrijven of woningen;
  • de activiteiten landschappelijk goed inpasbaar zijn en omliggende natuurlijke en landschappelijke waarden en belangen niet onevenredig schaden;
  • de activiteiten infrastructureel goed inpasbaar zijn en niet tot onevenredige verkeersoverlast leiden;
  • boerderijverkoop onderdeel uitmaakt van een functionerend agrarisch bedrijf en wordt beëindigd bij beëindiging van het agrarisch bedrijf;
  • boerderijverkoop uitsluitend plaats vindt in op het eigen bedrijf of in de directe omgeving daarvan op andere agrarische bedrijven geproduceerde of bewerkte agrarische producten;
  • bewerking van agrarische producten uitsluitend de bewerking van op het eigen bedrijf of in de directe omgeving daarvan op andere agrarische bedrijven geproduceerde producten betreft;
  • kleinschalige rustige vormen van dagrecreatie en horeca ten dienste staan van extensieve recreatie in Wijnandsrade en/of het buitengebied c.q. ondersteunend zijn aan wandel- en fietsroutes,
  • belangen van derden niet onevenredig worden of kunnen worden geschaad;

met dien verstande, dat:

  • 1. het vloeroppervlak voor boerderijverkoop ten hoogste 25 m² mag bedragen.
  • b. ten behoeve van het overschrijden van de bouwgrenzen, respectievelijk het vergroten van het bouwvlak, mits:
  • - natuurlijke, landschappelijke en cultuurhistorische waarden en belangen en het aangrenzende woon- en leefmilieu niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel de mogelijkheden voor het herstel van bedoelde waarden niet wezenlijk worden of kunnen worden verkleind,
  • - belangen van derden niet onevenredig worden of kunnen worden geschaad;

met dien verstande, dat:

  • 1. bij monumentale en beeldbepalende panden de inhoud van de bebouwing van het agrarisch bebouwingscomplex daardoor met niet meer dan 10% mag toenemen.
  • c. ten aanzien van het oprichten van andere bouwwerken met een grotere hoogte, mits:
  • ten behoeve van de privacy, voldoende afstand tot aangrenzende percelen wordt aangehouden;
  • ten behoeve van de verkeersveiligheid, voldoende afstand tot de bestemming verkeer wordt aangehouden;
  • geen onevenredige aantasting van het stedenbouwkundig beeld plaatsvindt,
  • belangen van derden niet onevenredig worden of kunnen worden geschaad.

met dien verstande, dat:

  • 1. de hoogte van andere bouwwerken ten hoogste 3.00 m mag bedragen.
23.7 Ontheffing voor het toelaten van bijgebouwen in twee bouwlagen.

Burgemeester en Wethouders kunnen ontheffing verlenen om in het bijgebouwenvlak bijgebouwen op te richten in twee bouwlagen indien:

  • a. het bijgebouw is gelegen tussen de voor- en achtergevels van de aanwezige hoofdgebouwen; en;
  • b. de voor- en achtergevel van de twee aangrenzende hoofdgebouwen gelijk liggen, en;
  • c. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken niet onevenredig worden aangetast.
  • d. belangen van derden niet onevenredig worden of kunnen worden geschaad.