20.3 Uitwerkingsregels
Burgemeester en wethouders werken de in lid 20.1 omschreven doeleinden uit met inachtneming van het gestelde in de beschrijving in hoofdlijnen (lid 20.2) en de volgende regels:
20.3.1 Gebouwen
Voor het bouwen van gebouwen geldt de volgende bepaling:
-
a. Het aantal woningen mag niet meer bedragen dan 115.
20.3.2 Hoofdgebouwen
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende bepalingen:
-
a. De bouwhoogte van gebouwen met gestapelde woningen mag niet meer bedragen dan 13 m.
-
b. Grondgebonden woningen dienen met de voorgevel te zijn gericht op de openbare weg.
-
c. De breedte van een grondgebonden woning mag niet minder dan 5 m en niet meer dan 10 m bedragen.
-
d. De diepte van een grondgebonden woning mag niet meer bedragen dan 15 m.
-
e. De bouwhoogte van grondgebonden woningen mag niet meer bedragen dan 10 m.
20.3.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:
-
a. Erf- en terreinafscheidingen zijn niet toegestaan.
-
b. De bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 4 m.
20.3.4 Ondergronds bouwen
-
a. Voor het ondergronds bouwen gelden de volgende bepalingen:
-
1. Er mag uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van het op de plankaart aangegeven bouwvlak.
-
2. De verticale diepte mag niet meer bedragen dan 3,5 m.
-
b. Voor het ondergronds bouwen ten behoeve van parkeervoorzieningen gelden de volgende bepalingen:
-
1. Er mag uitsluitend onder de bebouwing dan wel maximaal 5 m gemeten vanuit de bebouwing worden gebouwd, mits binnen het op de plankaart aangegeven bouwvlak.
-
2. De verticale diepte mag niet meer bedragen dan 6,5 m.
-
c. Voor het bouwen van ondergrondse afvalcontainers gelden de volgende bepalingen:
-
1. De verticale diepte mag niet meer bedragen dan 3 m.
-
2. De inhoud mag niet meer bedragen dan 12 m3.
20.4 Gebruiksvoorschriften
Binnen de bestemming ‘Wonen-Uit te werken 1’ (W-U1) is te zijner tijd de uitoefening van aan-huis-gebonden beroepen toegestaan als ondergeschikte functie bij de woonfunctie, waarbij de volgende bepalingen van toepassing zijn:
-
a. De omvang van de activiteit mag niet meer bedragen dan 35% van de gezamenlijke vloeroppervlakte van de bebouwing tot een maximum van 50 m².
-
b. Het gebruik mag geen ernstige of onevenredige hinder opleveren voor het woonmilieu en geen afbreuk doen aan het woonkarakter van de omgeving.
-
c. Het gebruik mag geen nadelige invloed hebben op de normale afwikkeling van het verkeer en mag geen onevenredige toename van de parkeerbehoefte veroorzaken.
-
d. Detailhandel is niet toegestaan.
-
e. De activiteit wordt uitgeoefend door de bewoner.
20.5 Voorlopig bouwverbod
Zolang en voor zover de in 20.3 bedoelde uitwerking niet onherroepelijk is, mogen bouwwerken slechts worden gebouwd, mits:
-
a. het bouwplan in overeenstemming is met het ontwerp van het uitwerkingsplan;
-
b. van Gedeputeerde Staten vooraf een verklaring van geen bezwaar is ontvangen, tenzij:
-
1. Gedeputeerde Staten hebben verklaard, dat de uitwerking geen goedkeuring behoeft, en
-
2. gedurende de termijn van ter-inzage-legging geen bedenkingen tegen het ontwerp van het uitwerkingsplan zijn ingebracht.